Een “hirondelle” met soul voor tien en twee hofleveranciers van hits uit ons collectief geheugen.
Parels om naar te luisteren en levens vol muziek om in de kijker te zetten in de Eregalerij van Radio 2 en Sabam For Culture.
Lofzang voor “Red Axelle”, van Firmin Michiels tot Urbanus
“Kennedy Boulevard” bleek letterlijk en figuurlijk de weg naar een succesvol internationaal muziekverhaal, dat intussen al vijfendertig jaar duurt. Opgevoed met de soulmuziek van haar mama kreeg Axelle Red haar grootste inspiratiebron met de paplepel binnen. Axelle: Thuis luisterden we naar Isaac Hayes, alles van Motown, Aretha Franklin en daarna volgde ook de discoperiode. Maar ik viel ook voor Elvis Presley en het soulgehalte in zijn croonerstemgeluid.”
Niet één mooiste moment, maar alle ontmoetingen koestert deze bezige bij. Samen dezelfde passies delen, onder muzikanten op dezelfde golflengte zitten, het zijn allemaal persoonlijke hoogtepunten in de carrière van één van onze grootste muzikale èn humanitaire ambassadeurs. In Frankrijk alleen al verkocht ze vijf miljoen platen. Duizelingwekkende cijfers maar Axelle is vooral heel dankbaar: “Blij dat ik nog kan groeien en doen wat ik graag doe. Iedere keer als ik een plaat maak, probeer ik beter te doen.”
Het Kursaal trakteerde de Hasseltoise op nieuwe versies van “Je t’attends”, “Sensualité” en “Rouge Ardent”, haar favoriete song vertrouwt ze onze redactie toe. “Eigenlijk vind ik dat het mooiste nummer dat ik ooit heb geschreven. Dat is de magie van muziek die op een bepaald moment invalt, zodanig dat je er als auteur zelf door ontroerd wordt. Ik twijfel ook vaak, maar toen mijn man Filip na uren spelen zei dat hij iets moois had gehoord, wist ik precies welk stuk hij bedoelde. 'Rouge Ardent'.”
Onder de hits in wording; “Excusez-moi”, waarin zelfs muggen avances maken, ongetwijfeld een nieuwe signature song.
Productiemanager en familievriend Firmin Michiels rekent Axelle tot de top 100 van beste singersongwriters wereldwijd. “Haar ongelofelijke melodieën en teksten raken mensen.” aldus nog de A&R coryfee. “Dat is zeker zo bij "Rouge Ardent”, vertelt Axelle zelf, “ik maak vaak mee dat mensen door dat nummer diep geraakt worden als ik het speel op optredens. En dan ben ik blij dat ik niet de enige ben (lacht)”
De kers op de taart die Axelle zichtbaar plezier deed, was de ludieke hommage van haar verrassende idool. Zij houdt van zijn Bourvilgehalte, hij is absolute fan van haar hit “Parce que c’est toi” –‘wat een tekst’. Dat moest uitmonden in een ode aan Axelle door Urbanus himself.
Stef Kamil Carlens bracht op zijn beurt een unieke filmnoir getinte adaptatie van Axelles eerste single uit haar album “Exil”.
Axelle: “Urbanus is geweldig, ik vind dat zo’n fantastisch figuur. Net als Bourvil gewoon een schone mens. En Stef Kamils versie van “Who’s gonna help you” was een ode aan de tekst eigenlijk. Een tekst komt altijd veel beter uit in een niet ritmisch nummer. De oorspronkelijke versie heeft een uitgesproken ritmiek en dan is er minder kans dat mensen erbij stilstaan. Als het dan zo uitgekleed wordt…Stef Kamil heeft dat op een ongelofelijke manier gebracht, hij heeft zelfs een paar akkoorden veranderd. Ik vind het fijn als iemand zoveel moeite doet.
Hoe ik zelf te werk ga? Eerst komt de muziek, dan de productie en dan de tekst. Die werk ik helemaal op het einde af als alles opgenomen is. Ik ben zo’n gierige tekstschrijver, ik wil eerst zeker zijn dat het liedje een goeie vorm meekrijgt” (lacht)
Voor wie Axelle dit jaar in België nog live aan het werk wil zien, nieuws heet van de naald: Alle provinciehoofdsteden mogen zich tussen half november en half december opmaken voor nieuwe concerten.
foto (c) Radio 2/
*
Rake teksten en evergreens © dame Mary Boduin
Axelle was niet de enige die zorgde voor het soulgehalte. Ook Gunther Neefs deed zijn duit in het zakje. Met één van onze mooiste stemmen van eigen bodem brengt hij het feilloos over alle genres heen. Deze keer zong hij “Ik laat me gaan”, het nummer waarmee hij zijn eerste stappen in showbizzland zette. Aangeleverd door dame Mary Boduin, die intussen honderden liedjes op haar palmares heeft staan.
Deze gevierde auteur begon haar carrière in het theater, waar Anton Peeters en Ivonne Lex haar talent als liedjesschrijfster ontdekten en aanwakkerden.
Het resultaat: rake teksten en evergreens van formaat voor zielsverwantes Liliane Saint-Pierre, Ann Christy e.v.a. Waarvan akte tijdens het meeslepende “Sacha” vertolkt door Liliane, die zoals steeds het beste van zichzelf gaf.
Nachtegaal Free Souffriau, vertrouwd met Ann Christy’s repertoire, trapte af met “Dag vreemde man”. Het alom bekende Eurosongnummer “Gelukkig zijn”, ontstond eerst in het Engels, naar aanleiding van een song in opdracht van een art director voor een jeansmerk notabene. Mary: “Toen ik die tape voor het eerst aan Ann Christy liet horen, bleef ze schijnbaar onbewogen en vroeg ze zelfs om het nog eens opnieuw te horen. Ik geloofde wel in haar maar dacht dat het publiek er misschien niet voor zou kiezen. Later bleek het tegendeel waar te zijn en konden we met het nummer naar Stockholm.”
Het begin van een memorabele samenwerking tussen beiden.
Zelf ziet Mary muziek als een bron van innerlijke rijkdom waar jeugdig talent best al heel jong kennis mee maakt. Max Smeets, waarmee ze samen niet minder dan drie musicals maakte, mocht Mary de trofee overhandigen, met een extra bedankje voor “al die mooie teksten”.
Mary: “Ik heb best wel een speciale band met “Daglicht”, waarop Miguel Wiels muziek heeft gemaakt. Iets minder bekend misschien maar wel een heftig nummer, waarin het fel aan toe gaat. Het gaat over een vrouw die alleen achterblijft maar als een fenix die uit haar as herrijst.
Mijn eigen toekomstmuziek? De theatervoorstelling “Dat heet dan gelukkig zijn” loopt nog maar ik ben vooral weer aan het schrijven aan nieuwe nummers met twee jonge vrouwelijke componisten en een zangeres.
De man van duizend songs
Een titel waar Stefaan Fernande met stip aanspraak op kan maken, hij begon op zijn zesde (!) met componeren en is wellicht één van onze productiefste componisten èn tekstschrijvers ooit. Met heel wat kilometers op de teller, want de meeste hits zijn ontstaan al lopend op het strand, waar de veelschrijver zijn inspiratie de vrije loop laat.
Met een fabelachtig repertoire tot gevolg. Van “Nobelprijs”; ‘de doorbraak’, tot “Porselein”; ‘de bevestiging’ over “Scars” en songs voor Ketnet, waarvan de kiem soms al ontstond in zijn eigen tienerjaren. “Meteen geknipt voor die doelgroep”, lacht Stefaan.
Zelf heeft hij een zwak voor “Coward” van Peter Evrard en “Vliegtuig” van Clouseau.
Stefaan: “Vliegtuig vind ik zelf het mooiste nummer, technisch gezien een heel moeilijke tekst om op te schrijven. Andere mensen die met songwriting bezig zijn, zullen wel begrijpen waarom.
Toch kwam het heel makkelijk tot stand, ook weer tijdens een wandeling aan zee. Eens ik vertrokken ben, zit ik in een soort van flow. Maar ik moet er natuurlijk wel eerst in geraken…dat lukt niet altijd.
Stefaan schreef meer dan veertig nummers voor Clouseau, dus lieten Koen en Kris zich niet onbetuigd en lieten het Kursaal meegenieten van “Nobelprijs”, “Vonken en Vuur” en andere meezingers.
Stefaan: “Alles wat ik ooit heb willen zeggen in een songtekst in het Nederlands, heb ik in “Nobelprijs” gestopt, elke zin is eigenlijk een statement”
Reden genoeg voor zangeres Lara Pajin om de straffe songwriter helemaal vanuit Italië in Oostende te komen feliciteren met een welverdiende Eregalerijtrofee.
Welgemeende dankwoordjes kwamen er ondermeer nog van maatje Els De Schepper in het kwadraat, de Belgisch-Turkse ster Hadise voor wie Stefaan “Dum tek tek” (60 miljoen views op Youtube(!)) schreef, schrijfmakker Kris Wauters en Stefaan zelf, schatplichtig aan…de Sint, van wie hij als kind het orgeltje kreeg dat hem aan het componeren zette. “Mijn ouders hadden al vrij snel door dat dit het enige was wat ik wilde doen, ze hebben mij dan ook altijd alle vrijheid gegeven.”
Ook Stan van Samang dankt zijn debuut aan deze songwriter, “Je krijgt nooit een tweede kans om een eerste indruk te maken” zegt Stan daarover. Met “Scars” bezorgden Stefaan, Luca Chiaravalli en Biagio Sturiale hem een binnenkomer van jewelste.
foto (c) Sabam/tg
Momenteel werkt Stefaan aan de volgende show van Els De Schepper, de nieuwe plaat van Niels Destadsbader en zoals gewoonlijk samen met Kris Wauters aan nieuwe nummers.
Stefaan: “Dat is niet enkel voor Clouseau, we schrijven ook voor anderen samen”. Samen met Wim Claes waren Gene Thomas en ik ook bezig aan twee nieuwe songs voor Gene”
Wim Claes, van wie de muziekwereld veel te vroeg afscheid moest nemen, net als van andere getrouwen uit de Eregalerij. (Tante) Terry Van Ginderen, Rita Deneve, Roland Verlooven en Wim Claes kregen elk een ode van respectievelijk het publiek, Gunther Neefs, Clouseau en Gene Thomas, die zijn trouwe schrijfkompaan veel te vroeg verliest. Hij bracht nog eens de beklijvende Aspesong “Wees van mij”, die beiden samen schreven.
Stefaan: “Zolang de radio’s ons blijven draaien en het auteursrecht per play blijft bestaan, kan ik ervan leven.” Verder pleit Stefaan ervoor dat een deel van de inkomsten van adverteerders op bvb Youtube naar auteurs zou gaan. “Iets waar auteursverenigingen samen nog mee voor kunnen helpen ijveren. Er is ook veel onwetendheid in politieke middens bijvoorbeeld waar men vaak geen onderscheid weet te maken tussen royalties en auteursrechten.” Of neem nu “Basta”, waar geeneens een verschil werd gemaakt tussen een muzikant en een auteur componist”
Axelle: “Ik denk dat het belangrijk is dat er een besef is en respect voor de job en de ambacht van auteurs. Ook voor die van vertolkers trouwens, we hebben het telkens over een métier. Door het internet en nieuwe technologieën vergeten mensen soms het werkproces, de investeringen, de twijfels en zelfs kapotte dromen die eraan vooraf zijn gegaan.
Zingen, schrijven, componeren en (co-) producen; dat zijn vier jobs, en allemaal verschillende métiers. In film en literatuur lijkt dat besef vanzelfsprekender, maar ook elk liedje is eigenlijk een klein boekje.
Bewustmaking alleen is niet genoeg. Mensen zijn wel bereid om te betalen maar naast een juridisch hoort ook een technisch kader om het “stelen van muziek” zoveel mogelijk tegen te gaan.
Ik voel mij soms als artiest opnieuw een beetje als de troubadour die bij de koning mag komen zingen voor een maaltijd (lacht). Soms zijn we zelfs meer de nar want “ we have to entertain” (lacht). (Tania Ghyselinck)